Overslaan en naar de inhoud gaan

'Verpleger, leraar en politieagent wordt juist kans ontnomen op sociale huurwoning'

Image
Tot 7 augustus konden betrokken partijen reageren op het wetsvoorstel Huur- en inkomensgrenzen van minister Ollongren. Tal van huurdersorganisaties en woningcorporaties hebben kritiek op de plannen ingediend. De bezwaren richten zich vooral op de hoogte van de grenzen en de mogelijkheden om huren sneller te verhogen. Fundamenteler is de kritiek dat de nieuwe wet de sociale huursector verder marginaliseert.
 
Minister Ollongren wil de inkomensgrens voor sociale huurwoningen koppelen aan de grootte van het huishouden. Nu is de grens voor alle typen huishoudens ongeveer 38.000 euro. In haar wetsvoorstel mogen alleenstaanden nog maar maximaal 35.000 euro verdienen terwijl de grens van meerpersoonshuishoudens opschuift naar 42.000 euro. Ook wil de minister de zogeheten scheefwoners nog steviger aanpakken. Daarnaast kunnen huurders in aanmerking komen voor een tijdelijke huurkorting, terwijl zeer lage huren sneller kunnen worden verhoogd.
In een gezamenlijke reactie stellen Aedes en de Woonbond dat de voorgestelde inkomensgrenzen veel te laag zijn. Ze zijn wel voorstander van differentiatie, maar stellen drie inkomensgrenzen voor: voor eenpersoonshuishoudens tot 38.000 euro, voor tweepersoonshuishoudens tot 42.000 euro en voor huishoudens met drie of meer personen tot 52.000 euro. Volgens minister Ollongren is haar maatregel er "voor de agent en de verpleger", maar Aedes en de Woonbond betogen dat juist een behoorlijk aantal van deze mensen straks in één klap buiten de boot valt. En ook gezinnen met een bescheiden middeninkomen blijven straks tussen wal en schip vallen: te hoog inkomen voor het sociale segment, te laag voor de vrije huursector. Het is volgens Woonbond en Aedes onbegrijpelijk dat deze groepen geen kans meer maken op fatsoenlijke betaalbare woningen. 
Overigens konden corporaties al tijdelijk 20 procent van de woningen aan hogere inkomens tot €42.000 toewijzen. Van die mogelijkheid werd maar weinig gebruik gemaakt. Aedes en Woonbond ageren ook tegen de nieuwe vormgeving van de inkomensafhankelijke huurverhoging: die is niet alleen nodeloos ingewikkeld maar biedt ook ruimte voor extreme verhogingen. 

Residualisering

Een veertigtal woningcorporaties dat eerder het pamflet ‘Een huurwoning: geen voorziening maar een huis’ publiceerde, formuleert de kritiek nog scherper. De kern van de wetswijziging is volgens hen dat “wie meer kán betalen, ook meer móet betalen.” Zij zien het wetsvoorstel als een volgende stap in de 'residualisering' van de sociale huursector: uitsluitend voor de laagste inkomens. Die eenzijdige bewoning gaat tot een cumulatie van problemen leiden, zo waarschuwt Stefan van Schaik (bestuurder Wooncompagnie) namens al deze corporaties.
Ook individuele huurdersverenigingen stuurden reacties in. Zoals de Amsterdamse huurdersvereniging Centrum. Zij wijst het wetsvoorstel af omdat het voor veel huurders de slagingskans vermindert, de huurprijzen opdrijft en huurders verder op achterstand zet. “Door het Wetsvoorstel komen er geen woningen bij, worden huurders verder opgejaagd en wordt de huurmarkt nodeloos ingewikkeld gemaakt.”
 
Zie voor details wetsvoorstel: Straks verschillende inkomensgrenzen voor sociale huurwoningen (NUL20, 7 augustus 2019)