Overslaan en naar de inhoud gaan

"Niemand vraagt om extra wasbakken of een langer aanrecht"

De particuliere huursector is terug, maar landelijk overheidsbeleid blijft deze sector nog altijd benadelen, ondanks corrigerende maatregelen van dit kabinet. De verhuurderheffing is ook voor particuliere verhuurders een stoorzender, zo bleek bij de presentatie van het rapport 'Kansen voor particuliere huur in Nederland' van Platform31. De bouw en verhuur van betaalbare particuliere huurwoningen wordt erdoor ontmoedigd.

In Nederland is de particuliere huursector zeer klein in vergelijking met andere landen. Dat komt volgens Frank Wassenberg van Platform31 voornamelijk door langjarig overheidsbeleid waarmee zowel de sociale woningbouw als de koopsector werd gestimuleerd en gesubsidieerd (goedkope grondprijzen en leningen voor corporaties versus hypotheekrenteaftrek voor kopers). De woningmarkt is daardoor volledig uit het lood geslagen. Wassenberg: “Kijken we naar de inkomensverdeling, dan heeft de grootste groep Nederlanders een middelhoog inkomen, terwijl de woningvoorraad juist bestaat uit het goedkopere of juist het duurdere segment." In totaal telt Nederland zo’n 600.000 particuliere huurwoningen. Tweederde hiervan heeft een huur onder de liberalisatiegrens van 710 euro.

Het rapport bevat vier conclusies met bijbehorende adviezen. Gemeenten moeten meer aan marketing gaan doen, adviseert Wassenberg: “Gemeenten zijn onbekend met de lokale beleggers en andersom weten beleggers niet bij wie ze moeten aankloppen op het moment dat ze willen investeren. Zij zouden kennis over kansrijke gebieden meer met elkaar moeten delen. Gemeenten kunnen hiervoor bijvoorbeeld een bidboek maken. De tweede conclusie is dat er momenteel particulier geld zat is. Wassenbergs oproep aan gemeenten en beleggers: verbreed de horizon in plaats van blind te staren op de zogeheten toplocaties. “Want ook B-locaties in groeigebieden zijn kansrijk. Zeker als gemeenten financiering om de hoek zoeken bij lokale investeerders."

Tot slot moet volgens hem een halt toegeroepen worden aan de kunstmatige ophoging van huren om maar boven de liberaliseringsgrens uit te komen.

Regelluwe proeftuin

Minister Blok wees er bij de ontvangst van het rapport op dat hij tal van maatregelen heeft genomen om een gelijker speelveld te creëren. Hij liet de huren in de sociale sector sneller stijgen, beperkte het werkdomein van de corporaties en voerde een strenger hypotheekregiem in, zodat er er meer ruimte en behoefte komt aan vrijesector huurwoningen. Maar de minister introduceerde weer een nieuwe marktverstorende maatregel: de verhuurderheffing. Wassenberg: “Als beleggers huizen bouwen of verbouwen, doen ze dat bij voorkeur met huren in de vrije sector. Terwijl een grote groep huurders juist behoefte heeft aan woningen met een huurprijs rond de 600 euro." De bouw daarvan wordt volgens hem ontmoedigd, omdat verhuurders dan te maken krijgen met de verhuurderheffing. Daarom brengen verhuurders de huren kunstmatig hoog door punten te sprokkelen. "Niemand vraagt om extra wasbakken of een langer aanrecht, maar het levert wel extra punten op en dus hogere huren.”

Directeur Monique van Velzen van het Zeelandse AVV Beheer bevestigt dat haar bedrijf veel last heeft van de heffing: "Wij verhuren 90 procent onder de liberaliseringsgrens. Die verhuurderheffing is een aanzienlijke kostenpost, waardoor we minder kunnen investeren in woningverbetering. Mijn advies is dus: schaf die verhuurderheffing af."

Voor Bouwinvest is de verhuurderheffing reden om de sociale huursector te mijden, aldus bestuursvoorzitter Dick van Hal: "Die kost je snel anderhalve maandhuur." Zo'n 85 procent van de woningportefeuille van Bouwinvest zit in de vrije sector.

Platform31 committeert zich in zijn adviezen aan de politieke realiteit. Er wordt geen afschaffing van de heffing geadviseerd. Wassenberg adviseert gemeenten daarentegen aan regelluwe locaties aan te wijzen waar de dwang van de puntengrens niet geldt.

 

Meer info bij Platform31