Het was even stil rond de zelfbouwcampagne van de gemeente. Maar inmiddels zijn voor alle uitgegeven individuele kavels erfpachtcontracten getekend. Op de Zuidas heeft de eerste bewonersgroep een optie op een bouwperceel genomen. En in de Houthavens stromen de aanmeldingen voor de groepskavels binnen. Nog voor de zomer komt er bovendien een tweede Zelfbouwmarkt met meer kavels dan vorig jaar.
Met gelijkgezinden je eigen appartementencomplex bouwen: dat leek Frank Oosterbeek wel wat nadat hij in de krant over de gemeentelijke zelfbouwcampagne had gelezen. Met een bevriende ontwikkelaar nam hij het initiatief om een bouwcollectief op te zetten voor een van de kavels op de kop van de Zuidas. De groep bestaat inmiddels uit dertien personen, maar er worden nog nieuwe leden gezocht. “We willen uiteindelijk met zo’n twintig mensen starten.” De meeste leden zijn hoger opgeleid en hebben voldoende vermogen om een van de 35 ruime appartementen van rond de vier ton te kunnen kopen. De groep heeft ook oog voor duurzaamheid. Bij het ontwerp van het gebouw wordt gedacht aan een installatie voor warmte-koude-opslag, zonnepanelen, driedubbelglas en aansluitingen voor elektrische auto’s in de parkeergarage. De maatregelen zijn niet alleen goed voor het milieu, maar ook voor de eigen portemonnee. “Als je van plan bent hier langer dan enkele jaren te wonen, zijn zulke investeringen niet meer dan een logische stap”, aldus Oosterbeek. Meer informatie: www.amsterdam.nl/zelfbouw |
Angelique Bor van het Team Zelfbouw van de gemeente Amsterdam is tevreden over de manier waarop de zelfbouwcampagne van de stad zich de laatste maanden heeft ontwikkeld. “Het was natuurlijk mooi dat er vorig jaar tijdens de Zelfbouwmarkt veel opties op kavels werden genomen. Maar die stap was voor burgers tamelijk vrijblijvend. Inmiddels zijn er voor alle individuele percelen in de Buiksloterham en op het Zeeburgereiland erfpachtovereenkomsten getekend. Ook in Zuidoost loopt de kaveluitgifte voorspoedig. Van de vijftien percelen zijn er al negen afgenomen. De rest kunnen we in een later stadium wel kwijt.”
Tweede Zelfbouwmarkt
De gebiedsontwikkeling door projectontwikkelaars en corporaties zit in het slop. Stadsbestuurders kijken daarom welwillend naar initiatieven van bewoners en particulieren. Kunnen zij het gat opvullen dat professionele bouwers achterlaten? ARCAM ging in twee bijeenkomsten op zoek naar het antwoord, maar kwam er niet echt uit.
Stedenbouw van onderop is ‘hot’. Dat bleek duidelijk uit de overvolle zaal die het Amsterdams architectuurcentrum tot twee keer toe trok. Op de eerste avond mochten zes initiatiefnemers hun project toelichten. Het ging daarbij niet alleen om zelfbouw, maar ook om de aanleg van een buurtplein of een kunstzinnig initiatief dat werknemers op een kantorenpark stimuleert om zich meer met hun omgeving te bemoeien. Vooral het gekraakte dierenasiel in het Polderweggebied, dat volgens de krakers een buurtcentrum moet worden, kwam aan bod.
Die grote verscheidenheid aan initiatieven maakte meteen duidelijk dat bottom-up stadsontwikkeling alle kanten uit kan gaan. Projecten zijn rijp en groen en variëren van gebouwen tot tuinen en hoven. Ze zijn meestal goedbedoeld maar zelden met eigen geld gefinancierd, zoals stedenbouwkundige Ton Schaap op de tweede avond snedig opmerkte. “Ik heb bewondering voor mensen die hun nek in de strop steken, maar veel van dit soort initiatieven worden met gemeenschapsgeld betaald. Dat staat haaks op het idee van zelfredzaamheid.”
De meeste initiatiefnemers zaten daar niet mee. Zij klaagden - met de zaal - vooral over de tegenwerking van ambtenaren en ontwikkelaars. Die wachten te veel af, willen niet meebetalen of proberen de ideeën voor eigen gewin te gebruiken, luidde de klacht. Een architect die samen met een theatermaker een concept had bedacht voor mobiele broedplaatsen opgebouwd uit containers, vertelde dat het hem nog steeds niet is gelukt om voor vijf jaar een braakliggend stuk grond in de stad te huren. “Veel partijen geloven nog altijd dat de crisis wel weer overwaait. Ze willen geen afspraken met ons maken.” Van buurtbewoners krijgen bottom-up-initiatieven meestal wél veel steun. Dat kan ertoe leiden dat een project ineens door politici wordt omarmd en tegenwerkende ambtenaren gepasseerd worden. Het overkwam de krakers in het Polderweggebied. Zij strijden nu ook tegen de ontwikkelaar van het gebied die liever een grand café in het dierenasiel ziet.
|