Overslaan en naar de inhoud gaan
Top
De rekenkamer
Daar is ie weer: het grote woononderzoek, voer voor data-analisten
WoON 2018

De resultaten van het driejaarlijkse WoON-onderzoek zijn er weer. Deze grootschalige dataverzameling is een must voor onderzoekers en beleidsmakers in de woonsector. De algemene trends zijn geruststellend, maar de situatie in de regio Amsterdam wijkt nogal af van het landelijke beeld. De hoofdstad zelf is een dure plek om te wonen. Maar dat wisten we al.

 

Trends 2015-2018
  • Woonlasten ten opzichte van inkomen niet gestegen
  • Jongere huishoudens besteden groter deel inkomen aan wonen dan oudere
  • Armste huishoudens besteden relatief het meeste aan woonlasten
  • Dure en goedkope scheefheid is afgenomen

Van het driejaarlijkse WoON-onderzoek gaat een geruststellend beeld uit. De relatieve woonlasten voor huurders en eigenaren zijn de laatste jaren gemiddeld niet toegenomen. Binnen de koopsector kwam de verhuisdynamiek weer op gang; er verhuizen veel meer huishoudens dan drie jaar geleden. En ingezet beleid slaat aan: het kleine middeldure huursegment is sinds 2012 met zo’n 60 procent toegenomen.
Maar dat zijn gemiddelden. Een andere waarheid: de 20 procent minst welvarende huishoudens besteedt gemiddeld bijna de helft van het inkomen aan woonlasten. En in de overspannen woningmarktregio Amsterdam besteden huurders gemiddeld 38,1 procent van hun inkomen aan wonen en in Amsterdam zelf 40,5 procent. Overigens zijn de huurstijgingen in de sociale huursector ook in de regio Amsterdam gestabiliseerd. Voor huiseigenaren ligt de zogeheten woonquote een stuk lager dan voor huurders: 29 procent (Amsterdam 32%).

 

Afname scheefheid

Een kwart van de huishoudens in de huurtoeslagdoelgroep woont eigenlijk te duur: in een woning met een huur boven de aftoppingsgrens. Deze ‘dure scheefheid’ nam tot 2015 nog toe, maar daalde daarna met circa 56.000 tot nog circa 346.000 in 2018. De invoering van passend toewijzen heeft aan die kentering bijgedragen. Corporaties wijzen bovendien veel minder woningen aan hogere inkomens toe dan ze formeel mogen (=20%). De vraag is er wel: verhuisgeneigde midden- en hogere inkomens die willen huren, zoeken voor een belangrijk deel een gereguleerde huurwoning.
Huurders met een hoog of middeninkomen wonen steeds vaker in een geliberaliseerde huurwoning, maar hurende middeninkomens wonen nog steeds in meerderheid in de gereguleerde huursector. Deze goedkope scheefheid nam tussen 2015 en 2018 wel verder af met bijna 75.000 huishoudens tot circa 457.000.
De populatie van corporatiewoningen verandert er wonen steeds minder huishoudens met een inkomen uit loon en steeds minder zelfstandigen.

 

Woningtekort

Het grote probleem van de woningmarkt zit echter niet in de statistieken over huurquotes,  woonquotes of zelfs gemiddelde huurprijzen per m2. Het grote probleem is het nijpende tekort aan (betaalbare) woningen in die gebieden waar mensen willen wonen.
Ook hier is het landelijke beeld geruststellend: sinds 2012 nam de woningvoorraad in Nederland toe met 427.000 woningen (61.000 per jaar), terwijl het aantal huishoudens ‘slechts’ toenam met zo’n 345.000. Maar deze statistiek geeft geen inzicht in hoeveel jongvolwassenen hun wooncarrière uitstellen, geen woning kunnen vinden of kunnen betalen op een plek die aan hun wensen voldoet. Ook opvallend: het aantal alleenstaanden en 65-plussers groeit, maar de grootste vraag van mensen die willen verhuizen is naar eengezinskoopwoningen. Slechts een beperkte groep potentiële doorstromers kiest bij verhuizing opnieuw voor een huurappartement. Oudere huishoudens richten zich vaak op een huurappartement, maar verhuizen weinig.

 

Verhuisdynamiek

Nederland veerde op na de crisis. Sinds 2015 werd er weer veel meer verhuisd, in totaal met maar liefst 30 procent. Dat gold voor alle huishoudensgroepen. Het aantal koopstarters nam tussen 2015 en 2018 aanmerkelijk toe, maar vooral de doorstroming binnen de koopsector kreeg een enorme impuls. Vooral gezinnen en paren in de leeftijd van 35 jaar en ouder verhuisden vaker dan in de voorgaande periode. Door het aantrekken van de woningmarkt zijn veel van deze huishoudens in staat geweest hun oude woning te verkopen en een nieuwe woning te kopen. 

Fred van der Molen
Trefwoord