Overslaan en naar de inhoud gaan
Top
Tweede verdieping
HONDERD JAAR HULP VOOR ONBEHUISDEN
"De samenleving duldt de laatste jaren minder"

De gemeente Amsterdam heeft de afgelopen jaren veel geld geïnvesteerd in gebouwen en verbetering van voorzieningen voor daklozen. Voor meer cliënten is zorg uit de AWBZ beschikbaar. Toch maakt algemeen-directeur Jaap Fransman van HVO-Querido zich zorgen over de mate waarin zijn organisatie bescherming en zorg kan bieden. “Ook in onze organisatie hebben we verwaarlozing van mensen.”

Interview: Jaap Fransman, algemeen-directeur HVO-Querido

HVO-Querido anno 2004
HVO-Querido is gespecialiseerd in dienstverlening aan en huisvesting van mensen met psycho-sociale, psychiatrische en/of maatschappelijke problemen. Vorig jaar hebben ruim 2500 cliënten enige vorm van hulp ontvangen. Voor hen krijgt HVO-Querido bijdragen uit de AWBZ en van de gemeente Amsterdam. De omzet bedroeg in 2003 35 miljoen euro.
De organisatie beschikt over bijna veertig vestigingen verspreid over de stad. De sector maatschappelijke opvang biedt dak- en thuislozenzorg die tegemoet komt aan de wensen en mogelijkheden van een gevarieerde doelgroep. Om mensen een waardig bestaan te geven exploiteert HVO een veelheid aan opvangmogelijkheden, zoals een passantenverblijf, een passantenhotel, internaten, sociale pensions, mogelijkheden voor drugsopvang en gebruikersruimtes. Ook zijn er speciale voorzieningen voor de opvang van vrouwen en kinderen.
De sector begeleid en beschermd wonen biedt huisvesting in combinatie met professionele ondersteuning en dagbesteding aan mensen die (nog) niet zelfstandig kunnen wonen. Sommigen hebben een ernstige en veelal langdurige psychiatrische of psychosociale problematiek; anderen hebben nooit geleerd om zelfstandig een huishouding te voeren. Het aanbod varieert van 24-uurs opvang en het beschikbaar stellen van panden voor beschermd wonen in kleine groepen tot individuele woonbegeleiding en activiteiten in dagcentra.

De oude heroïnespuiter uit de jaren zestig en zeventig is er niet meer. Ook de echte alcoholistische zwerver verdwijnt uit het straatbeeld. Maar HVO-Querido is volgens algemeen-directeur Fransman ook na honderd jaar onverminderd noodzakelijk. Nieuwe probleemgroepen nemen de plaats in van oude: “Elke tijd heeft mensen die op een of andere manier uit de boot vallen. Tegenwoordig worden we geconfronteerd met jongeren die van alles gebruiken. Niet zelden zitten ze boordevol agressie. De maatschappij vraagt van ons hen zorg en bescherming te bieden. Dat gebeurt uit een sociaal gevoel, maar het is ook een kwestie van afnemende tolerantie. De samenleving duldt de laatste jaren minder overlast.”
Wat staat op de voorgrond: zorg en bescherming voor zeer kwetsbare mensen of eigenbelang? Als democratisch wordt besloten dat mensen van straat moeten worden gehaald, dan zal zijn instelling zich nooit afzijdig houden. Al waarschuwt Fransman voor te hoge verwachtingen. “Politici hebben vaak de neiging snel resultaten te willen zien, maar we hebben het over populaties waarmee dat heel moeilijk te bereiken valt. Ook als we daar veel tijd en energie insteken, dan nog mogen we geen al te hoge verwachtingen hebben.”
Fransman is een kleine vijf jaar directeur van HVO-Querido. Bij zijn aantreden trof hij tal van verwaarloosde voorzieningen aan. Afgeleefde gebouwen. Verouderde accommodaties zonder comfort en privacy voor de bewoners. En soms weinig, veel te weinig personeel. “De afgelopen jaren is er door de gemeente fors geïnvesteerd in verbetering van gebouwen en voorzieningen. Vorige maand nog hebben wij in de Boerhaavestraat een nieuw passantenhotel in gebruik genomen. Het heeft lang geduurd, maar de voormalige Openbare basisschool der eerste klasse nr. 104 is onder supervisie van architect Henk Spreeuwenberg fraai verbouwd. Daardoor kunnen we mensen die voor een beperkte tijd onderdak nodig hebben tegen een behoorlijke prijs een fatsoenlijke kamer bieden.”
Verder wist Fransman de afgelopen jaren een beter gebruik van de AWBZ te bewerkstelligen. “Wij hebben de afgelopen jaren allerlei mensen in de maatschappelijke opvang opgenomen voor wie er geen plek meer was in de reguliere geestelijke gezondheidszorg. Zij kwamen in aanmerking voor vergoeding van de zorg op basis van de AWBZ; alleen kregen ze die zorg niet. Het Zorgkantoor heeft loyaal meegewerkt die achterstand weg te werken. Daardoor hebben wij meer geld beschikbaar om doorstroming te bevorderen en betere zorg te leveren.”

Pinter-achtige toestanden

Toch zal hij niet durven zeggen dat zijn organisatie nu al overal de gewenste kwaliteit levert. “De afgelopen jaren was ons adagium: klein is beter dan groot. Ik maak me zorgen om de mensen in kleinschalige woonvormen. Wij hebben allerlei panden waar vijf of zes mensen bij elkaar op een gezamenlijke etage wonen. Soms ontstaan daar Pinteriaanse gemeenschappen. Mensen leven in angst in hun half lege kamer en hebben onderling nauwelijks contact met elkaar. Natuurlijk worden zij door onze hulpverleners bezocht, maar een groot deel van de tijd moeten ze het toch zelf uitzoeken. Dat is toch een soort van verwaarlozing. Daar kunnen we nu nog niet zoveel aan doen. We hebben de middelen gewoonweg niet beschikbaar om hen meer zorg, aandacht en bescherming te bieden.”
Voor dergelijke cliënten zou HVO-Querido de voorzieningen wellicht moeten herschikken. “Grootschaligheid is goedkoper. Ik heb een goed gevoel over woonvoorziening Batjan in de gelijknamige straat in de Indische Buurt. Daar wonen 24 cliënten in een aantal flats bij elkaar. Die schaal is net voldoende om samen met GGZ-instellingen goede begeleiding en ondersteuning te bieden. Daar bieden we kwaliteit.”
Behalve een beter aanbod, kan Fransman zich ook voorstellen dat de komende jaren nieuwe voorzieningen van de grond komen. Bijvoorbeeld voor psychisch gehandicapte jongeren.
Sommige jonge mensen met psychiatrische problemen zijn volgens hem meer gebaat bij een goed georganiseerde woonvorm en voldoende dagactiviteiten, dan opname in het te zware circuit van de psychiatrische zorg.
Maar Fransman heeft geduld. Nieuwe voorzieningen kunnen lang op zich laten wachten. Al jaren liggen er plannen voor het Martien Schaaperhuis dat op IJburg moet verrijzen. In de Houthavens is ruimte gereserveerd voor de bouw van een sociaal pension. In Parkstad moet het internaat aan de Poeldijkstraat dringend worden vernieuwd. “Dergelijke ontwikkelingen kosten waanzinnig veel tijd. Daar hebben we mee leren leven. Wij hebben nou eenmaal niet de middelen om zelfstandig gebouwen te ontwikkelen.”

IJburg: Martien Schaaperhuis in aantocht
Woningcorporatie Ymere ontwikkelt op het Steigereiland van IJburg het Martien Schaaperhuis. Er moet een geheel nieuwe woonvorm ontstaan waar vijftig tot zestig mensen zich heel geleidelijk kunnen voorbereiden op een zelfstandig bestaan.
HVO-sectordirecteur Stan Poels heeft nog geen benaming kunnen bedenken voor het nieuwe opvangcentrum. Het wordt een internaat, maar het is even goed een plek voor begeleid wonen. “We hebben een gebouw van meerdere verdiepingen bedacht waar dak- en thuislozen als het ware een wooncarrière kunnen doormaken. Iemand die bij ons binnenkomt, begint op een plek waar intensieve 24-uurs zorg wordt geboden. Maar doorstroming is het doel. Is op een gegeven moment deze zorg niet meer nodig, dan kan iemand binnen het gebouw verhuizen naar een zelfstandige wooneenheid. Daar zal hij of zij zelf moeten koken, maar is nog wel begeleiding voorhanden. Uiteindelijk moet iemand in staat zijn buiten de instelling te gaan wonen. Het tempo waarin zoiets verloopt, zal voor iedereen verschillend zijn.”
Het gebouw is in nauw overleg met de toekomstige gebruikers ontworpen door de Amsterdamse architect Friso ten Holt. “De eerste plannen voor het Martien Schaaperhuis zijn al zeven of acht jaar oud. De nieuwe woonvorm is niet speciaal voor IJburg bedacht. Maar in onze zoektocht naar een geschikte plek zijn we daar terecht gekomen.”
Het voorlopig ontwerp is gereed. De onderhandelingen met Ymere verkeren in een eindfase. Poels hoopt dat het complex rond 2007 zijn deuren kan openen. Aanvankelijk was het de bedoeling de doelgroep intensief te betrekken bij de afbouw, maar daar is toch maar van afgezien. “Dergelijke gebouwen moeten aan strenge eisen voldoen. Het vraagt bovendien om een intensieve betrokkenheid voor een betrekkelijk lange tijd. Dat is voor onze cliënten niet haalbaar.”
HVO wil nadrukkelijk dat er een levendig centrum ontstaat, waar bewoners uit de buurt ook voordeel van hebben. “Op de begane grond willen we voor dak- en thuislozen kleine bedrijfjes met een buurtfunctie beginnen. Denk aan een plek waar we fietsen repareren of een bedrijfje waar mensen uit de buurt gereedschap kunnen huren. Immers: iedereen op het eiland is nieuw. Er wordt heel wat geklust.”

Bert Pots