Overslaan en naar de inhoud gaan

Amsterdamse collegepartijen zetten in op meer huur- en koopwoningen in het middensegment

Image

De coronacrisis heeft volgens de hoofdstedelijke coalitiepartijen GroenLinks, D66, PvdA en SP duidelijk gemaakt dat cruciale beroepen als leraar, verpleger en agent onmisbaar zijn voor de stad. Maar juist zij vinden moeilijk een woning in Amsterdam. Daarom wil het college woningbouw in het middensegment verder aanjagen. Deze uitbreiding gaat ten koste van nieuwbouw in de sociale sector. Ook worden minder dure koopwoningen gebouwd.

Extra woningbouw, zo hebben de vier partijen afgesproken in het aangepaste coalitieakkoord 'Samen sterker uit de crisis', moet ervoor zorgen dat er in Amsterdam meer woonruimte komt voor mensen die werkzaam zijn in sectoren als onderwijs, zorg en handhaving. Dat moet wethouder Ivens samen met collega Van Doorninck zien te realiseren door naast het middeldure huursegment het middeldure koopsegment te versterken.
De gemeente is bereid bij het transformeren van panden de 40-40-20 norm los te laten als een gebouweigenaar volledig voor middenhuur kiest. Dit geldt overigens alleen voor 'stadsdeelprojecten' in bestaande woonwijken. Daarnaast wordt in het Hamerkwartier aan de IJ-oever in Amsterdam-Noord bij meerdere transformatiekavels vol ingezet op het middensegment. In het eindbeeld zal het Hamerkwartier voor meer dan de helft uit woningen in het middensegment moeten bestaan.

Aan de bestaande afspraken met de Amsterdamse corporaties om jaarlijks 2.500 nieuwe woningen te bouwen wordt niet getornd. Wel vindt de coalitie dat corporaties meer sociale huurwoningen beschikbaar moeten stellen voor kwetsbare groepen uit de maatschappelijke opvang. Daarover wil de gemeente in de volgende Samenwerkingsafspraken (vanaf 2024) verdergaande afspraken maken.
Verder streeft de coalitie naar uitbreiding van het verbod op vakantieverhuur, onder andere door het aantal verbodsgebieden flink uit te breiden. Ook is in het jongste akkoord sprake van lastenverzwaring voor woningeigenaren. De onroerende zaakbelasting gaat omhoog. Voor een woning met een waarde van 400.000 euro zal een eigenaar jaarlijks 28,50 euro extra belasting moeten betalen. Die verhoging levert de gemeente jaarlijks 36 miljoen euro op.