Overslaan en naar de inhoud gaan
Top
Eerste verdieping
Profiel van een onderhuurder (4x)

Student Jair huurt en verhuurt onder

Student Jair kreeg onlangs te horen dat hij per 1 december het huis dat hij tijdelijk huurt moet verlaten omdat het wordt gesloopt. Via via kan hij nu een kleine woning in West onderhuren. Omdat hij net op het punt staat zelf voor twee maanden naar het buitenland te vertrekken, verhuurt hij die woning zelf ook maar weer tijdelijk onder.

Jair: “Een vriend van een vriend hoorde dat ik woonruimte zocht. Hij vertrekt binnenkort voor acht maanden naar het buitenland maar wil natuurlijk wel graag zijn woning aanhouden. Ik betaal gewoon de huurprijs die hij ook aan de corporatie betaalt – rond de driehonderd euro - dus dat is redelijk.”

Dat Jair zelf op korte termijn voor twee maanden naar het buitenland gaat, is ook geen probleem. “Een vriendin van mij staat op straat. Zij huurde ook een woning onder, maar de buren hebben haar verraden bij de eigenaar, dus nu moet ze er uit. Zij huurt nu twee maanden de woning die ik weer van iemand anders onderhuur.”

Volgens Jair is er weinig kans dat hij legaal aan een woning kan komen. “Ik zou misschien wel een studentenkamer kunnen krijgen, maar dan huur je een kamertje voor heel veel geld. En zo kan het ook. Bovendien vind ik het leuk om steeds in een andere buurt te wonen. Dan leer je de stad goed kennen en kan ik rustig bekijken waar ik ooit definitief wil gaan wonen.”

Alleen het verhuizen is wat minder; dit wordt Jairs zesde verhuizing in twee jaar tijd. Jair: “Nou ja, eigenlijk ben ik daar ook al een beetje aan gewend en loop ik niet meer zo te stressen als het weer eens zover is. En als de nood echt heel hoog is kan ik nog wel tijdelijk bij mijn ouders terecht. Maar dat is natuurlijk niet echt ideaal.” [JvV]

De notoire onderhuurder

Tom kun je een notoire onderhuurder noemen. Als student woonde hij zeven jaar in onderhuur in de Pijp. Toen de woningcorporatie daar achter kwam moest hij verkassen en inmiddels huurt hij al tweeënhalf jaar onder in Oost. Ondanks de relatief lage huur – 330 euro per maand voor ongeveer 40 m2 – niet geheel tot zijn genoegen en met de nodige trammelant.
Tom vindt het nog steeds jammer dat hij weg moest uit de Pijp. Hij woonde daar prettig en had van niemand last. Dat werd anders toen hij in Oost terechtkwam. De ‘huisbaas’ had bedongen dat Tom in de woning kon wonen onder voorwaarde dat een aantal spullen van hem daar opgeslagen kon blijven. De officiële huurder hield ook een sleutel om toegang te krijgen tot zijn spullen – volgens Tom gewoon wat dozen met oude rotzooi.
Tom: “Dat was wel vervelend, maar ik was allang blij dat ik weer een woning had, want ik stond op straat. En ik dacht dat hij niet vaak gebruik zou maken van die sleutel. Maar uiteindelijk kwam hij om de paar weken ongevraagd de woning binnen om iets op te halen. Die situatie is op een bepaald moment geëscaleerd, nadat ik een ander slot op de deur had gezet omdat ik die onaangekondigde bezoeken zat was.”
De verhuurder probeerde ondanks het nieuwe slot de woning binnen te komen, terwijl Tom binnen zat en net deed of hij niet thuis was. “Hij heeft toen het slot zodanig geforceerd dat ik er niet meer uit kon. Ik heb toen met een koevoet de deur open moeten breken waardoor een heel gat in de muur is ontstaan. Ik was behoorlijk kwaad op dat moment.”
Het onderhuren is volgens Tom geboren uit nood. Maar sinds twee maanden heeft hij een vast contract van zijn werkgever en kan hij eindelijk stappen ondernemen om legaal te gaan wonen. “Ik sta pas twee jaar ingeschreven bij Woningnet dus veel rechten heb ik nog niet opgebouwd. Ik ga me er eens goed in verdiepen wat de mogelijkheden zijn. Of ik ga huren in de vrije sector of ik probeer iets te kopen. Als ik maar iets heb wat op mijn naam staat.”[JvV]

Oost-Europeanen vallen in handen van woonfraudeurs

Ze staan nog niet op de radar van gemeente en corporaties, maar ze zijn er wel: Roemenen, Polen, Bulgaren. Hoeveel het er zijn weet niemand. Kansloos op de reguliere woningmarkt vallen ze in handen van gewiekste onderverhuurders en regelrechte oplichters. Als ze hier illegaal zijn, kunnen ze al helemaal niet rekenen op hulp van politie of gemeentelijke diensten.

Neem Maria, een intelligente, goed uitziende dertiger, die hier werkt als schoonmaakster. Drie jaar geleden voegde ze zich vanuit de hoofdstad Sofia bij haar Bulgaarse vriend in Amsterdam. “De levensstandaard is hier hoger en er is veel minder corruptie.” Maar ze kwam er al snel achter dat westerse luxe is weggelegd voor wie het kan betalen. Het paar bewoonde noodgedwongen met een groep Russen een sloopflat in een stedelijk vernieuwingsgebied. Toen de verhuurder besloot ook de gemeenschappelijke woonkamer apart aan een extra groep te verhuren, verhuisde het paar naar een driekamerwoning in de Mercatorbuurt. Uiteraard illegaal, in onderhuur. “Hier wonen we met nog twee stellen”, vertelt ze. “We betalen 400 euro per kamer.” De verhuurder, meneer Yildiz, is zelf onderhuurder maar helpt hen, zo vertelt ze, met het legaliseren van hun woonruimte. Daarvoor brengt hij per persoon nog eens 50 euro per maand in rekening.

Maria werkt bijna iedere dag, net als haar vriend. Ze proberen te sparen om ooit een eigen huis te kunnen kopen. Ondertussen zoeken ze, net als veel van hun Oost-Europese lotgenoten, naar geschiktere woonruimte. “Op internet zag ik een hele betaalbare woning, dus we gingen erop af. Meestal kom je dan wat rare, half-criminele mensen tegen, maar deze man, meneer Remak, leek heel redelijk. Hij vroeg 300 euro borg en vroeg ons terug te komen om het contract te ondertekenen. Een paar dagen later bleek dat we bedrogen waren. Bij de politie, waar we aangifte deden, waren ze niet erg behulpzaam. We herkenden de man van een foto, maar ze wilden hem niet arresteren. Naar dat geld kunnen we dus fluiten. Een goede, maar kostbare les. Als ik op internet kijk, zie ik meer van dat soort advertenties. Daar kan de politie toch tegen optreden?” [BDvH] (De namen in dit artikel zijn gewijzigd)

De onderhuurder: gescheiden man

Na een echtscheiding verlaat meestal de man de woning. Maar hoe kom je eigenlijk aan een andere huurwoning? John dacht zich direct te kunnen inschrijven bij Woningnet waar hij in verband met een chronische ziekte ook nog op de urgentielijst zou komen, maar zo eenvoudig was het niet. Hij woont al sinds februari noodgedwongen in onderhuur.

John verliet zijn vrouw en kinderen in januari van dit jaar in afwachting van een echtscheiding. De eerste maand verbleef hij op twee verschillende adressen. John: “De eerste twee weken logeerde ik bij een vriend en daarna kon ik voor nog eens twee weken een appartement van iemand huren – hij houdt een tweede etage aan voor zijn vrienden uit het buitenland – voor 325 euro per week. Nu huur ik onder van een vrouw die zelf in het buitenland woont. Ik betaal 650 euro per maand inclusief, dus dat is op zich wel prima. Maar zij moet het huis teruggeven aan de corporatie.”

Intussen informeerde hij her en der hoe je als gescheiden vader op een legale manier aan een huurhuis kunt komen. “Iemand vertelde me over Juridisch Loket Amsterdam. Zij zouden bij de Dienst Wonen kunnen bemiddelen voor het verkrijgen van een huurwoning. Een vrouw die in dezelfde situatie zat, was dat ook gelukt. Maar ik werd daar heel slecht geholpen en besloot toen maar direct bij de Dienst Wonen aan te kloppen.”

John kreeg bij de dienst te horen dat hij pas geholpen kan worden zodra hij de officiële scheidingspapieren binnen heeft. Zijn vrouw heeft daar inmiddels een procedure voor opgestart bij een mediator. “Maar het kan nog wel een half jaar duren voor die procedure is afgerond. Tot het zover is, zijn we nog officieel getrouwd en heeft mijn vrouw geen recht op huursubsidie en kan ik mezelf niet inschrijven bij Woningnet.”

Officieel is John dakloos, omdat hij zich niet op het onderhuuradres kan inschrijven. “Dus kreeg ik onlangs een brief van de gemeente met de mededeling dat je eigenlijk niet dakloos mag zijn en heb ik een postbusnummer moeten nemen.”

Inmiddels heeft John besloten een woning in de vrije sector te huren voor 1250 euro per maand. “Ook dit is een noodoplossing, maar ik zal wel moeten. Ik heb een tweeling, een jongen en meisje in de tienerleeftijd, en zij moeten ook een plek hebben waar ze zich thuis voelen. Maar ik heb me nooit gerealiseerd dat het zoveel moeite zou kosten om nieuwe woonruimte te vinden. Je zou toch denken dat je wel wat credit hebt opgebouwd wanneer je al achttien jaar huurt in de sociale sector, maar niets is minder waar.” [JvV]