Overslaan en naar de inhoud gaan
Top
Op stap met … De Vliegende Hollander
“Als je niets doet, komen ze op straat terecht”

Huurschuld is de belangrijkste reden voor ontruiming van woningen. De organisatie De Vliegende Hollander, een samenwerkingsverband van HVO-Querido en het Leger des Heils, bemiddelt tussen huurder en verhuurder om huisuitzetting te voorkomen. In 85 procent van de gevallen lukt dat ook. De Dienst Welzijn van de gemeente Amsterdam steekt jaarlijks ruim 453 duizend euro in de Vliegende Hollander.

“Het zijn oude bekenden van me”, zegt Alex Speijer van de Vliegende Hollander. Samen met zijn collega Lien Rietveld gaat hij op huisbezoek bij een echtpaar met een huurschuld van zo’n drieduizend euro. Huisuitzetting dreigt en de Vliegende Hollander is gevraagd te bemiddelen om de ontruiming te voorkomen. Speijer en Rietveld proberen eerst een beeld te krijgen van de situatie, daarna zullen zij proberen met de verhuurder tot een afbetalingsregeling te komen. “Triest dat ik weer naar ze toe moet. Een paar jaar geleden heb ik ze op gang geholpen, ze waren uiteindelijk schuldenvrij en het liep lekker met ze. Nu zitten ze weer in de uitgangspositie. Maar als je niks doet, komen ze op straat terecht.”

Vliegende Hollander voorkomt 85 procent van ontruimingen

De Vliegende Hollander probeert huisuitzetting te voorkomen door te bemiddelen tussen huurder en verhuurder. In 85 procent van de gevallen wordt ontruiming voorkomen.
Professionele hulpverleners en deurwaarders zijn samen goed voor de helft van de bemiddelingsaanvragen bij de Vliegende Hollander. Frappant is het grote aantal aanmeldingen van huurders zelf. Hun aandeel is met 18 procent groter dan dat van de woningbouwverenigingen (16 procent). In 1998, het eerste jaar dat de vliegende Hollander actief was, kwamen er 210 meldingen binnen. Vorig jaar waren dat er 380 en over de eerste drie maanden van dit jaar 150.
Alleenstaande mannen zonder kinderen zijn in de meerderheid (60 procent), van de vrouwen vormen de meesten een eenoudergezin. Bijna driekwart van de cliënten heeft een uitkering, voor 43 procent is dat de bijstand. Maar 16 procent had helemaal geen inkomen op het moment van aanmelding. Vergeleken met de Amsterdamse bevolking zijn allochtonen niet oververtegenwoordigd, wel opvallend is het relatief grote aantal Surinamers en Antillianen.
De meeste mensen bij wie uitzetting dreigt, wonen al lang in hun woning, een jaar of acht. De huren zijn met gemiddeld 290 euro laag, vrouwen hebben een hogere huur omdat zij vaker samen met kinderen een huishouden vormen. De gemiddelde huurschuld is bijna 2000 euro, daarnaast is er vrijwel altijd ook sprake van schulden bij het nutsbedrijf en de ziektekostenverzekering.
De Vliegende Hollander wil na drie weken de bemiddeling rond hebben, meestal lukt dit ook. Tachtig procent van de cliënten wordt na de bemiddeling overgedragen van een andere instantie. De resterende groep wil geen hulp meer, maar een groot aantal daarvan wordt later toch weer bij de Vliegende Hollander terecht.

Speijer en Rietveld lopen door de lange gangen van het seniorencomplex. “Ze ontruimen hier niet graag”, merkt Speijer op. Openstaande deuren bieden een blik op keurige kamers met gecapitonneerde bankstellen en sanseveria’s op de vensterbank. De situatie in het appartement van de familie Vermeij, 51 en 56 jaar oud, is totaal anders. De ruimte wordt gedomineerd door opgestapelde dozen en onbestemde rommel. Een smal looppad voert naar de slaapkamer. Midden in die chaos zit de vrouw des huizes onverstoorbaar verstelwerk te doen. Haar echtgenoot zit naast haar op de bank met een spinnende kat op schoot. “Ik wil geen rottigheid”, zegt hij.

Kinderbescherming

Het echtpaar is een jaar geleden vanuit een driekamerwoning naar deze flat verhuisd. De drie kinderen wonen zelfstandig of zijn door de kinderbescherming uit huis geplaatst. “We hebben alleen wat kleren uitgepakt”, verklaart mijnheer Vermeij. “Want we willen naar Enschede verhuizen, een van onze zoons zit daar vlakbij en dan kunnen we hem vaker zien. Die autoreis daar naartoe kost ons nu steeds veel geld.”
Alex Speijer legt uit dat de huidige huurschuld weggewerkt moet zijn, voor er sprake kan zijn van een nieuwe verhuizing. Op de vraag of er al contact is met andere hulpverlenende instanties, komt meneer met een vaag verhaal over kinderbijslag die al maanden niet is uitgekeerd. Speijer herhaalt de vraag en na nog wat aandringen blijkt dat het echtpaar zich voor de kinderbijslag al gewend heeft tot het Bureau Rechtshulp. “Prima, daar kunnen ze dat heel goed voor u oplossen.”
De Vliegende Hollander beperkt zich tot bemiddeling rond achterstallige huur. Die moet dan binnen een maand of negen zijn weggewerkt. Voor de andere schulden worden de cliënten doorverwezen naar een schuldsaneringsbureau. De contacten tussen de Vliegende Hollander en de cliënten duren maximaal zes maanden, tegen die tijd moeten andere hulpverleners de zaak hebben overgenomen.

Glazige blik

Om inzicht te krijgen in hun financiële situatie vraagt Speijer aan de Vermeijs of hij hun bankafschriften mag inzien. Het levert een glazige blik op. Rietveld herhaalt de vraag en legt uit dat de Vliegende Hollander de gegevens nodig heeft om met de woningbouwcorporatie tot een regeling te komen. Meneer Vermeij begint aan een vergeefse zoektocht. “Je hebt ze in een zak gestopt”, herinnert mevrouw hem vanaf de bank. Rietveld krijgt intussen haar ziektegeschiedenis te horen. Met assistentie van Speijer duikt meneer na enige tijd in de slaapkamer een plastic zak op. Rietveld weet nu alles van de anatomie van de middenvoet.
Speijer bestudeert de papieren, maar het levert geen volledig beeld op. Hij vraagt om een handtekening zodat de Vliegende Hollander zelf bij diverse instanties inlichtingen kan vragen. Opnieuw komt het thema achterstallige kinderbijslag op. Uiteindelijk tekent meneer en geeft hij ook toestemming voor inkomensbeheer. “U krijgt een rekening bij de Stichting Inkomensbeheer en van hen krijgt u wekelijks huishoudgeld. Met de rest van het geld lost de Stichting uw huurschuld af”, legt Speijer uit. Dan waarschuwt hij: “Het kan zijn dat er beslissingen genomen moeten worden die niet leuk zijn. Ik ben eerlijk: ik denk dat u de auto weg moet doen.” Vermeij reageert onmiddellijk: “Dan zet ik die op naam van mijn broer.”
De Vliegende Hollander neemt afscheid. “Ze zijn welwillend maar ze kunnen het echt niet”, verzucht Speijer buiten. “Hier moet permanente inkomensbeheer komen.” Terug op kantoor blijken er vanmiddag zeven nieuwe aanmeldingen binnen te zijn gekomen. “Hier moeten we meteen achteraan”, wijst Rietveld. “Die wordt binnen een week ontruimd.”
Gezamenlijk verwerken zij de gegevens van de familie Vermeij en nemen contact op met de woningcorporatie. “Het is weleens moeilijk om je te beperken tot het regelen van de huurachterstand. Je gaat gewoon van die mensen houden”, bekent Speijer.

Nieuwe afspraak tussen corporaties en bureaus voor schuldhulp

Als een corporatie een huurder op zijn huurachterstand aanspreekt, wijzen zij de huurder voortaan direct op het aanbod voor schuldhulpverlening. Meldt de huurder zich daarna bij één van de aangesloten schuldhulpbureaus, dan verplicht deze zich binnen twee maanden alle schulden en inkomensbronnen van de huurder te inventariseren en te onderzoeken of alle inkomensondersteunende maatregelen zijn toegepast. Dat hebben de bureaus afgesproken met de Amsterdamse woningcorporaties. In die periode van twee maanden gaan de corporaties dan niet over tot ontruiming, zolang tenminste de lopende huurtermijnen wel worden betaald.
“Een mooi initiatief”, reageert Stan Poels van HVO-Querido. “Jammer dat wij er niet bij betrokken zijn. Maar als het goed is, krijgt de Vliegende Hollander nu minder te doen.” Driekwart van de mensen waarvoor de Vliegende Hollander bemiddelt, huurt van woningbouwverenigingen. Toch betalen die niets mee aan de kosten voor het project, en dat is Poels een doorn in het oog. “De gemeente financiert ons op basis van 525 bemiddelingen per jaar. Het lijkt me redelijk dat de corporaties bijspringen voor de rest. Die discussie wil ik graag aan.”
De argumenten van HVO zijn Jan Willem Kluit van de Amsterdamse Federatie van Woningcorporaties bekend: “Je kunt je afvragen of het de primaire verantwoordelijkheid is van woningcorporaties om mee te doen. Wehkamp en KPN bijvoorbeeld worden er ook niet bij betrokken. De Vliegende Hollander is één van de mogelijkheden bij huurachterstand en het staat iedereen vrij daarvan gebruik te maken of niet. Sommige corporaties vinden de Vliegende Hollander te duur, bovendien bieden zij geen zekerheid dat schuldhulpverleningsbureaus direct tot actie overgaan. Die garantie hebben wij wel, nu we die overeenkomst hebben gesloten met de bureaus.”


Liesbeth Klumper

De namen van de huurders zijn om privacyredenen gewijzigd