Overslaan en naar de inhoud gaan
Reportage - Expeditie Amsterdam Noord
Ieder stukje krijgt een bestemming

Amsterdam stond vorige week in het teken van We Make The City, het 'festival dat steden beter maakt', aldus de weinig bescheiden ondertitel. NUL20 ging mee met een 'expeditie' in Amsterdam Noord, een stadsdeel dat de 100 duizend inwoners bijna aantikt en de komende decennia enorm gaat groeien. Dag rafelranden, dag oningevulde ruimte.

Naast en tussen de tuinsteden van Noord verrijzen her en der geconcentreerde eilanden met hoogbouw. Jaarlijks komen er tussen de vier- en vijfduizend woningen bij. In Overhoeks wordt binnenkort een tender uitgeschreven voor een gebouw van maar liefst 185 meter hoog. Met de al geplande hoogbouw zal hiermee het uitzicht van de Van der Pekbuurt en het Disteldorp ingrijpend veranderen.
Van de charmante rafelranden en oningevulde ruimte is straks geen sprake meer, blijkt uit de uiteenzetting van Co Stor (projectdirecteur Noord Gemeente Amsterdam) over de indrukwekkende bouw- en ontwikkelwoede in dit stadsdeel. Veelzeggend is dat men al nadenkt over de mogelijkheid van sporten op daken.
Met name in het Hamerkwartier, maar ook elders langs de IJ-oever, maakt de onzekerheid over mogelijke bruggen over het IJ verdere ontwikkeling complex. Of boeiend, zoals Stor het steeds noemt. Zo is ook het bewonersverzet tegen het bebouwen van het braakliggende terrein tussen de mond van de IJ-tunnel en het kanaal in zijn ogen boeiend. Inmiddels wordt een “groene long” langs het Noord-Hollandsch Kanaal overwogen. Het gewraakte gebied kan dan een park worden, al of niet met beperkte woningbouw.

Banne Noord

De expeditie begint in de stromende regen en voert langs die “groene long”. Via het kanaal, voorbij kinderboerderij de Buiktuin en de oude Krijtmolen komen we uiteindelijk midden in Banne Noord uit, op het Parlevinkerplein. We zien vierlaags flatgebouwen uit de jaren 70, veel groen en veel parkeerplaatsen. Driekwart van de woningen zijn sociale huurwoningen.

Zeker is dat hier verdicht gaat worden, horen we. Maar hoe precies is nog onduidelijk. Wel duidelijk is het verzet van bewoners tegen sloop en het bebouwen van het vele groen en de open ruimte. Pijnpunt is bijvoorbeeld de geplande woningbouw langs de singel.
Vandaag gaat het echter vooral om de invulling van de Parlevinker, zoals bewoners het plein plachten te noemen. Moet het een plein blijven, wat voegt de meeste waarde toe aan de buurt? Twee gebruikers van het plein geven hun visie. Allereerst Theatertroep, dat met kunstenaars en muzikanten huist in theater de Rietwijker. Ze hekelen het verschijnsel gentrificatie, al beseffen ze daar zelf onderdeel van te zijn. Eerst wordt er een blik kunstenaars opengetrokken om een buurt hip en levendig te maken en als dat eenmaal gelukt is mogen ze weer wieberen. Theatertroep pleit voor een permanente plek aan het plein en ziet ruimte voor meer synergie met de buurt. Later op het uitgestorven Buikslotermeerplein blijkt dat ook hier kunst en cultuur wordt gezien als tijdelijk middel om het plein nieuw leven in te blazen. Want tja, het werkt vaak wel.
Dan is er Kledingbank Hebben & Houwen, dat symbool kan staan voor de 
sociaal-economische problematiek van dit stukje Noord. De oprichters van de kledingbank hebben deze naam gekozen omdat mensen die om financiële hulp vragen vaak hun hele hebben en houwen op tafel moeten leggen. Hier hoeft dat nadrukkelijk niet. Zoals andere mensen naar de H&M gaan, kunnen ze hier naar de H&H. Klanten kunnen twee keer per jaar een paar mooie sets kleren uitzoeken.
De mensen van H&H zouden het liefst hier een heel maatschappelijk winkelcentrum zien voor mensen met een kleine beurs. Met ook de speelgoedbank, de sociale kruidenier (voor non food en lang houdbare producten) én de voedselbank. Wellicht ook met een restaurant, waar verschillende culturen en keukens aan bod komen en ook toekomstige, meer vermogende bewoners terecht kunnen. Een B&B en werkervaringsplaatsen kunnen ook weer zorgen voor contact tussen de verschillende bevolkingsgroepen en tegelijk toeristen aantrekken. Een plein kortom met een sociale functie, met plek voor oude en nieuwe Noorderlingen.
Met een dergelijk plan krijg je wellicht ook de bestaande bewoners mee. Want dat zal nog een flinke uitdaging worden denken ze hier op het plein. 

Volgende Zuidas in Noord?

De metro rijdt nu een jaar, maar in en rond het station is de aanblik tamelijk troosteloos. De hoofdingang is een lange, kale gang zonder ook maar een winkeltje. Maar goed, er wordt nu veel uit de grond gestampt. Over vijf jaar herken je het stationsgebied ongetwijfeld niet meer terug.
Een vraag die Bas Kok, schrijver van Metromorfose en Oerknal aan het IJ en spreker ter plekke, oproept: hoe kan het dat het winkelcentrum BovenIJ en dit station hier zijn beland, zo aan het uiteinde van de stad? Maar goed, nu het station hier eenmaal ligt, is dit volgens hem een uitgelezen plek voor kantoorpanden en culturele functies. Als het aan hem ligt, wordt dit gebied een tegenhanger van de Zuidas.
De laatste stop is het Buikslotermeerplein. Alleen uit het donkerbruine café La Rosa klinkt wat geroezemoes. Wat eenzame ratten zoeken naar restjes van de markt. Een geboren en getogen Noorderling in het gezelschap beklaagt zich erover dat overal in Noord horeca opduikt. Maar waarom kan het hier niet?
De ontwikkeling van het winkelcentrum en dit plein zijn lange tijd gegijzeld door 'strategisch vastgoedgedrag', vertelt gemeentelijk projectmanager Jonel Nugteren. Al twee decennia loopt elk herontwikkelingsplan vast op de tegengestelde belangen van de vele betrokken ondernemers annex eigenaren. Ambitieuze plannen met grote ontwikkelaars lopen daar op vast. Na een jarenlange impasse gaat de gemeente maar weer om tafel met de ondernemers om van onderaf overeenstemming te bewerkstelligen. Er is één lichtpunt: er is een megabioscoop in aanbouw. Die trekt naar verwachting 500 duizend bezoekers per jaar, daarnaast zullen er meer culturele functies komen.
Prioriteit is nu het veilig en aantrekkelijk maken van het Buikslotermeerplein. Maar als men niet opschiet is dit stukje Noord straks misschien wel het enige dat niet volledig is ingericht en uitontwikkeld.


 
Wendy Koops