Overslaan en naar de inhoud gaan

Volgende juridische hindernis rond kraakwet

Volgende juridische hindernis rond kraakwet

Het Amsterdamse Gerechtshof heeft in hoger beroep bepaald dat het kraakpand van het krakerscollectief Schijnheilig aan de Passeerdersgracht  voorlopig niet mag worden ontruimd op basis van het strafrecht. Volgens de uitspraak moet voorafgaand aan  ontruiming een inhoudelijke toetsing plaatsvinden of  ontruiming wel gerechtvaardigd is. Inhoudelijke toetsing betekent dat er een afweging moet worden gemaakt tussen belangen van de eigenaar versus die van de krakers. Aankondiging van ontruiming moet bovendien tijdig kenbaar worden gemaakt, zodat bewoners in staat zijn hun eigendommen in veiligheid te brengen.
Het oordeel vloeit voort uit jurisprudentie van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens, die stelt dat het huisrecht een basisrecht is waar de Staat niet zomaar inbreuk op mag maken.

Sinds 1 oktober is kraken strafbaar, maar het ontruimen van kraakpanden is daarna allerminste een ei-tje geworden. Al heel snel oordeelde het Haagse Gerechtshof  dat er in de nieuwe wet een lacune zat: bewoners moeten een kans krijgen vooraf hun ontruiming bij de rechter aan te vechten. Het beleid werd aangepast. Ontruimingen worden ruim van te voren aangekondigd, waardoor krakers de tijd hebben naar de rechter te stappen. 

zie ook Het Parool: Krakers Schijnheilig winnen hoger beroep (01-03-2011)

Trefwoorden