Overslaan en naar de inhoud gaan

AFWC: 'Sociale nieuwbouw van commerciële partijen zijn marktwoningen met een sociale strik erom'

Image
Sociale huurwoningen die commerciële partijen bouwen zijn volgens directeur Egbert de Vries van de AFWC eigenlijk nep sociale huurwoningen. Na de korte periode van vijftien jaar mogen deze woningen namelijk worden verkocht of duur verhuurd. In een raadsadres waarschuwde De Vries Amsterdamse raadsleden nogmaals voor de korte instandhoudingstermijnen die gelden voor nieuwe huurwoningen met een gelimiteerde huur. In de nieuwe doelgroepenverordening wordt die vastgesteld op 15 jaar voor sociale huur en 25 voor middeldure huurwoningen. 
 
Op 27 maart werd in de raadcommissie de nieuwe doelgroepenverordening besproken. Daarin wordt bepaald welke huishoudens in aanmerking komen voor een sociale huurwoningen en een middeldure huurwoning. Het huidige college heeft bepaald dat in nieuwbouwlocaties gebouwd moet worden in de verhouding 40/40/20 voor respectievelijk sociale huur, middensegment en overige vrije sector. Daarbij wordt ook vastgelegd dat middeldure huurwoningen voor tenminste 25 jaar in dat segment moeten worden verhuurd en sociale huurwoningen tenminste 15 jaar.
De Vries maakt daar ernstig bezwaar tegen: "Woningen die onder een dergelijk artikel gebouwd worden zijn geen echte sociale huurwoningen maar nep sociale huurwoningen. Vijftien jaar stelt in volkshuisvestelijke termen niets voor. Na die vijftien 15 jaar wordt een gemengde wijk in relatief korte tijd geheel omgezet tot een wijk met alleen maar hogere inkomens."
Hij waarschuwt dat marktpartijen door deze beperkte duur een groot financieel voordeel krijgen op corporaties bij de bouw van sociale huurwoningen. Corporaties zijn immers niet van plan en gerechtigd om een groot deel van hun voorraad uit te ponden. Ze staan daardoor op achterstand bij het verwerven van bouwlocaties. Dit gevaar dreigt voor transformatiewijken waar de gemeente geen of een beperkte grondpositie heeft, zoals Amstel III, Sloterdijk, Hamerstraatterrein, Riekerpolder/Schinkelhaven en op termijn Havenstad.
De gemeente zegt geen keus te hebben omdat ontwikkelaars anders afhaken: "De businesscase van ontwikkelaars is nu al, met de gestegen bouwkosten, verbeterde kantorenmarkt en de toepassing van de 40/40/20, kwetsbaar. Wanneer de 15 jaar of 25 jaar verder worden opgerekt kan dit tot stagnatie of afstel leiden omdat ontwikkelaars de businesscase niet meer rond krijgen."
Update 28 maart:
De raadscommissie Wonen heeft op 27 maart het goedkeuren van de doelgroepverordening aangehouden.